De voordelen van positief denken weet je waarschijnlijk al, maar wat is er nodig zodat jij vaker de positieve kant van een situatie ziet in de plaats van de negatieve kant?
Wat is er nodig voor positief denken?
“Focus je alleen op het positieve.” Dat is makkelijker gezegd dan gedaan. Om daadwerkelijk positief te kunnen denken, dien je je denkpatroon aan te passen.Daarom is het goed om de onderliggende factoren te doorlopen, zodat je ziet op welk punt jij je nog kunt ontwikkelen.
Optimisme
Optimisme is een mentale toestand waarbij je de overtuiging hebt dat de uitkomst van een situatie/probleem uiteindelijk wel een goede afloop heeft.
Een simpel voorbeeld: nadat je na een sollicitatie gehoord hebt dat je het niet bent geworden, heb je het optimisme dat je ergens anders beland, wat goed bij jou past.
Optimisme eigenlijk niet anders dan hoe jij een situatie aan jezelf uitlegt.
Als je een glas voor je neus hebt die je hebt leeggedronken dan is deze leeg. Echter, tegelijkertijd is deze ook vol (met lucht).
Optimisme gaat niet over de realiteit ontkennen, maar hoe je de realiteit naar jezelf communiceert. En dat is te trainen.
De truc is wanneer je iets negatiefs verwoord jij daar jezelf op betrapt en dan kijkt hoe je een positieve draai aan de situatie kan geven. Op deze manier maak je je brein behendiger iets positief te verwoorden.
Perceptie ook wel waarneming
Dit begint bij je zintuigen en een prikkel: je zintuigen nemen iets waar (prikkel) en deze informatie verwerk jij, zodat je weet wat er gaande is.
Een tweede onderdeel van perceptie is waar jij je aandacht op richt en hoe je kennis, (abstracte) concepten en verwachtingen tot je neemt. Dit zijn dingen die je lang niet allemaal bewust verwerkt.
Om je een concreet voorbeeld te geven over hoe perceptie werkt: Het buzzen van de telefoon is een prikkel die je oor opvangt. Vervolgens pikken je hersenen dit op “van hé er is een nieuw berichtje op je telefoon” en dat is de waarneming.
Nu kan je perceptie er ook wel eens naast zitten, want als de telefoon van iemand naast jou exact hetzelfde geluid heeft, kijk je op je eigen telefoon en zie je geen berichtje (vals alarm).
Wat belangrijk is om te beseffen is dat wanneer je 9/10 negatief georiënteerd bent. Een deel ook ‘vals’ alarm is net zoal met het voorbeeld van de mobiele telefoon.
Jouw perceptie wordt beïnvloed met jouw denkbeelden. Bij een positief denkbeeld, zal jouw brein zich onbewust vaker op het positieve focussen en bij een negatief denkbeeld op het negatieve.
Nu jij voornamelijk op het negatieve bent gericht, gaat het er vooral om dat jij je betrapt als je weer iets negatiefs eruit filtert. Door je hiervan bewust te worden, kan je daarna bewust nadenken. Oké, is het daadwerkelijk zo erg?
Als je vertraging hebt dan is dat vervelend, maar als je iets 100 keer doet dan zit de kans erin dat je een keer vertraging hebt. Je kunt ook zeggen: “Balen! Maar aan de andere kant gister en eergisteren ging het vlekkeloos.”
Ook hier lieg je niet tegen jezelf. Je kijkt alleen naar het bredere plaatje in de plaats van alleen het door die negatieve bril te zien.
Jouw zelfvertrouwen en zelfbeeld
Als je last hebt van een laag zelfbeeld, of weinig zelfvertrouwen kan positief denken helpen dat zelfbeeld te vergroten. Logisch natuurlijk en dat is ook de tegenstrijdigheid.
Weinig zelfvertrouwen is het resultaat van negatief denken en focussen op wat er mis is met jou of wat je niet kunt doen.
Als je gedachten je constant naar beneden halen, dan zul je bijna altijd het gevoel hebben dat je het niet waard bent, niet goed genoeg en een laag zelfbeeld hebt. Hierdoor heb je automatisch ook veel minder het gevoel dat jij de kracht hebt om een situatie of probleem te overwinnen.
Een onderdeel om positief te denken is door aan je zelfvertrouwen en eigenwaarde te werken. Hoe meer vertrouwen jij in jezelf hebt, hoe sneller jij ook het positief inziet.
Uiteindelijk zal je op een kantelpunt komen en dan kom je op het punt dat je in een win-win situatie komt, omdat je beter over jezelf denkt, zal je positiever denken. Doordat jij meer positief denkt, zal jij je ook beter over jezelf voelen.
Een belangrijke mix voor positief denken
We hebben net de besproken wat belangrijk is om positief te kunnen denken. Maar welke onderliggende factoren kan jij gebruiken om meer optimistisch te zijn, een positievere perceptie te krijgen en jouw eigenwaarde te vergroten?
Jouw denkproces
Het interne denkproces van positief denken is doelgericht. Wat houdt dat in? Je kunt alleen positief denken als je het grotere geheel ziet.
Om een metafoor te gebruiken. Tijdens het beklimmen van een berg kom je obstakels tegen.
Wanneer je niet verder kijkt dan het obstakel heeft het geen zin om verder te klimmen en kan je beter stoppen.
Echter, heb je het beeld en gevoel dat als je op de top van de berg bent je een onbeschrijfelijk gevoel zal krijgen. Dat je een uitzicht zal zien die niet te beschrijven is en je meer dan voldaan zal zijn. Dit zorgt ervoor dat je die obstakels overwint en als kleine hindernissen ziet.
Kortom: wat is jouw doel? Wat wil jij toevoegen aan het leven (van anderen)?
Het doel ofwel de reden om te leven, is wat het denkproces van jou als persoon drijft. Een doel wordt gedefinieerd als “iets dat men van plan is te krijgen of te doen” het is een object of gevoel waar jij bewust naartoe leeft en je tijd en energie gebruikt om dit te verwezenlijken. Het maakt je vastberaden.
Door verder te kijken en een gevoel van richting te hebben, is het makkelijker om positief te denken, want het negatieve dat je tegenkomt (obstakel) is niet iets wat jou uit die richting kan slaan. Het neemt niet weg dat het vervelend of lastig is, maar jij weet wat het grotere plaatje is.
Nu is het wel aan te raden om niet puur object georiënteerd te zijn. Denk aan een dure auto, designer kleding/schoenen etc. Het mag een onderdeel van je doel zijn, maar het geluk voor de lange termijn zit ‘m niet in dingen, maar ervaringen.
De positieve impact die je op andere hebt, vrienden, familie, collega’s en andere mensen (in je omgeving), zullen je meer en zelfvertrouwen en geluk geven.
De factor hoop
Simpel gesteld: hoop is een grote factor op positief denken. Positieve denkers hebben vertrouwen in de manier waarop de wereld werkt, en hebben er ook vertrouwen in dat alles in het leven om een reden gebeurt.
Positieve denkers weten dat ze een doel en een leven van betekenis hebben. Ze zijn op aarde met een doel. Positieve denkers weten dat er in elke situatie kansen liggen, omdat alles wel een leermoment kent. De visie hierbij is dat je op die manier dichter bij het grotere doel in jouw leven komt.
Het klinkt misschien abstract, maar dat is wat er onderliggend gebeurt. Je gaat er vanuit dat ongeacht wat er gebeurt jij wel opstaat en uiteindelijk je leven steeds mooier wordt. Ondanks dat de situatie op dit moment dat zeker niet is.
Belangrijk om te weten is dat het geen ‘valse’ hoop is. Iemand met een doel zit niet op zijn kamertje te wachten totdat het opeens uitkomt. Dat is een wens. Iemand met een doel, werkt planmatig aan zijn of haar toekomst.
Hoop is daarom ook niet het ontkennen van een situatie, maar dat de tijd en energie die jij in je leven steekt uiteindelijk een positieve uitwerkingen heeft. Dat het goede wat jij uitzendt ook op een andere (desnoods via omwegen) bij jou terugkomt. Dit moet je trouwens niet zien als een uitruil: “ik doe lief, dan wil ik dat terug.”
Het zit anders: wanneer je een kind opvoedt dan hoop je dat door jouw tijd en energie die je daar insteekt. Je straks een volwassen kind hebt, die gelukkig is, werkt heeft die hem/haar gelukkig maakt en mooi leven krijgt.
Je hebt niet de gedachte dat als mijn kind groot is, kan die mooi voor mij zorgen. Het kan een neveneffect zijn dat als je kind vermogend wordt jij dingen krijgt, maar dat is totaal niet de insteek.
Op dit principe is hoop gebaseerd. Je gaat er vanuit dat het goedkomt, omdat jij je best doet. En meer dan je best kan je niet doen.
Wanneer je deze insteek hebt dan kom je er ook regelmatig achter dat als je het pad exact had bewandeld zoals uitgestippeld je het mooie dingen had misgelopen. Je denkt vooraf dat dit het ideale pad is, terwijl je achteraf beseft dat door obstakels je op een beter pad bent beland.
De factor relatie
Dit kan je in drie elementen splitsen: de relatie met jezelf, de relatie met mensen die dicht bij je staan en de relatie met de wereld.
De relatie met jezelf is een belangrijke. De meeste tijd die jij doorbrengt is met jezelf. En als je negatief over jezelf denkt en dat ook intern tegen jezelf zegt, dan heb je een slechtere relatie met jezelf en moet je die verbeteren. Dit gaat onder andere over zelfvertrouwen en eigenwaarde.
Het nadeel van een slechte relatie met jezelf is dat veel je denktijd opslokt en daardoor ook je creativiteit en kansen om jezelf te ontplooien. Dit staat dus ook jouw doel in de weg, omdat je veel onrust in je hoofd hebt.
Een tweede onderdeel van relaties zijn mensen die dicht bij je staan. De mensen waar je een diepe band mee hebt. Zij zijn om meerdere redenen belangrijk voor jou. Het zou een erg eenzame wereld zijn zonder relaties en als iedereen voor zich zou leven.
Deze diepe relaties laten ook zien dat jij ertoe doet en dat een ander ertoe doet. We zijn belangrijk voor elkaar en dat is een bijzonder gevoel om te hebben. Dit is één van de redenen waarom je wil blijven leven en wil dat anderen blijven leven. Als één van deze relaties om de één of andere reden stopt, dan doet dat emotioneel pijn.
Bij de mensen die dicht bij je staan, vind in moeilijke tijden ook steun en dat is een fijn gevoel.
Afhankelijk van de situatie kan je van negativiteit zelfs worden omgebogen naar een positieve gedachten.
Daarnaast hebben de mensen om je heen een sterke invloed van hoe jij je voelt. Dus als jij samen met iemand bent die van nature positief is dan werkt dat ook aanstekelijk op jou. Het omgekeerde is helaas ook waar. Het is belangrijk dat je je daar van bewust bent, want in een uiterst geval moet je zo nu en dan tegen sommige personen (die vaak negatief zijn) weleens ‘nee’ zeggen, zodat je niet in die gedachtegang meegaat.
De derde relatievorm die wij hebben is met de wereld. Dit is ook een erg belangrijke. We leven allemaal in onze eigen box. Wij hebben onze eigen ideeën, visie, gedachten en gevoelens. Dit zijn bij wijze de zes vlakken die wij van binnen zien als we in die box staan.
Aan de buitenkant zijn er ook nog zes vlakken en de wereld om ons heen laat deze vlakken zien.
Dit zijn meningen en gedrag waar je het misschien zelfs überhaupt niet mee eens bent. Maar dit laat je wel weer over dingen nadenken en kan jouw ideeën, gedachten, gevoel of visie beïnvloeden. (Feitelijk door dit te lezen doe je dat al.)
Zonder de buitenwereld was dit niet mogelijk geweest en is het enige wat je zou zien de binnenkant van een box geweest.
Mensen die positief zijn ingesteld zien de buitenwereld om die reden ook niet als ‘eng’ en bekijkt de buitenwereld ook niet met een boze blik. Positieve mensen zijn ontvankelijk voor meningen en ideeën van andere mensen en beslissen wat ze er daarna meedoen.
Ze zijn zicht bewust van de verschillen en vinden dat prima. Als iedereen hetzelfde is, kom je uiteindelijk ook niet vooruit. En waren wij als mensheid al lang uitgestorven. (Leer hier hoe je negatieve gedachten omzet naar positieve gedachten.)
Actief en passief
Wanneer je het over positief of negatief denken hebt, kan je in twee categorieën vallen. Actief of passief. Dit is de mate waarin jij je bewust bent van je gedrag en hoeveel je er op aanstuurt.
Iemand kan bijvoorbeeld van nature positief denken, zonder daar actief mee bezig te zijn. Het is gewoon iets wat iemand bij zich draagt.
Om je een idee te geven zijn hier vier scenario’s van iemand in de ochtend:
- Actief positief: “Weet je het wordt een mooie dag vandaag daar ga ik alles aan doen!” Je kijkt naar buiten en ziet dat het regent. “Ik heb net tegen mezelf gezegd dat het een mooie dag wordt, dus deze regen verpest het niet.”
- Actief negatief: “Ik heb redelijk geslapen vannacht.”Je kijkt naar buiten en ziet dat het regent. “Ik was al niet heel blij vanochtend. En de regen bevestigt perfect mijn rotgevoel. Dit wordt een rotdag!”
- Passief positief: “Ik heb redelijk geslapen vannacht.” Je kijkt naar buiten en ziet dat de zon schijnt. “Wat lekker zonnig. Dit wordt een mooie dag!”
- Passief negatief: “Ik heb in ieder geval redelijk geslapen.” Je kijkt naar buiten en ziet dat het regent. “Balen. Dit wordt vast een vervelde dag.”
Zoals je misschien al ziet wanneer je passief bent dan zorgt een externe factor ervoor of jouw gedachte en gevoel positief of negatief wordt.
Wanneer het actief is dan bepaal jij de richting. Dit kan je goed in het eerste scenario zien. Vooraf is al bepaald dat het een goede dag wordt. De regen doet daar niets aan af.
In eerste instantie wil je zoveel mogelijk beginnen met actief positief te zijn. Het moet een gewoonte worden die erin slijt. Net als je naar de sportschool gaat. Je maakt je brein behendig om een situatie van verschillende kanten te belichten.
Na verloop van tijd slijt het er zo erg in dat een deel van positief passief positief wordt. Je beheerst het zo goed dat het een wezenlijk onderdeel van je ‘normale’ gedachten is geworden.
Dat is hoe leren werkt. Toen je begon met fietsen was de start moeilijk. Je begint met zijwieltjes, vervolgens worden ze ongelijk geplaatst zodat je je balans leert houden en uiteindelijk als je dat kan, mogen ze er af.
Dit zal ook gepaard gaan met frustratie, omdat de weg omhoog een lange is.
In het begin betrap je je er vaak genoeg op dat je negatief bent, maar hoe vaker je er iets positiefs uit kunt halen, hoe meer je traint en hoger op de curve komt.
Bij het plateau ben je op een niveau dat positief denken een wezenlijk onderdeel is van je gedachtegang.
Tijdens dit proces is het belangrijk om te beseffen wat jouw grote motivatie is om positief te denken.
Dat je anderen niet tot last wil zijn of jezelf met iets gaat belonen, is geen grote drijfveer. Wanneer jij een intrinsieke motivatie hebt dan is de kans het grootst van slagen dat jij positief denkt.
Dus wat is jouw intrinsieke motivatie? Als jij vanaf nu veel vaker positief zou denken. Wat zou dat voor jou betekenen en wat voor mooie effecten zou dat teweeg brengen?
Als jouw motivatie een positieve emotionele lading heeft, waarbij je het verlangen voelt dan is het veel makkelijker om jezelf blijvend in de gaten te houden om positief te denken en daadwerkelijk een blijvende verandering teweeg te brengen.
Een intrinsieke motivatie kan zijn: “Als ik straks positief denk dan heb ik veel meer rust in mijn hoofd, ben ik meer ontspannen en kan ik mij meer op de dingen focussen die ik leuk en belangrijk vindt. Zoals mijn gezin, vrienden en hobby’s.”
